Info Burgers » Nieuws » Benelux-landen stimuleren grenzeloze elektrische mobiliteit

Benelux-landen stimuleren grenzeloze elektrische mobiliteit

14 jul. 2021

Opladen in buitenland steeds simpeler 

Om grensoverschrijdend elektrisch rijden en opladen te stimuleren richten België, Nederland en Luxemburg een Gemeenschappelijke Dienst IDRO ‘Benelux ID Registration Organisation’ op. Het IDRO gaat via een website www.benelux-idro.eu zorgen voor de uitgifte en het beheer van unieke ID-codes voor oplaadpuntexploitanten en serviceproviders in de Benelux. Door gebruik van unieke ID codes weten exploitanten en providers met welke laadpas bij welk oplaadpunt is geladen en komt de rekening voor het opladen bij de juiste klant terecht. 

Deze nieuwe dienst IDRO en website werden vandaag officieel op het Secretariaat-Generaal van de Benelux onder Belgisch Voorzitterschap gelanceerd door Alain Maron, Brusselse minister voor Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie, Netheid en Participatieve Democratie. 

Naadloze internationale e-rijervaring

Nog te vaak vormen landsgrenzen obstakels en is het voor bestuurders van elektrische voertuigen moeilijk om in het buitenland de juiste informatie te vinden over de locatie, beschikbaarheid en kostprijs van laadpunten. Bovendien kunnen de chauffeurs van elektrische voertuigen over de grens nog niet bij alle laadpunten betalen met de laadpas of app die zij in hun eigen land gebruiken. Daardoor blijft de reikwijdte van elektrische wagens beperkt.

De Benelux-landen willen deze obstakels wegwerken en de bestuurders van elektrische voertuigen een naadloze rijervaring bieden. Opladen in het buitenland wordt dan net zo eenvoudig als opladen in eigen land.  Het uiteindelijke streven van de Benelux-landen bestaat erin om het opladen van elektrische voertuigen net zo gemakkelijk te maken als het vullen van een conventionele brandstoftank, zodat elektrische voertuigen zonder problemen internationaal kunnen rijden.

Al in 2015 sloegen de drie landen de handen in elkaar om meer samen te werken rond  grensoverschrijdende aspecten van de uitrol van duurzame infrastructuur en de nood voor een gecoördineerde aanpak hierrond.

Labo Europese Unie

Met deze unieke samenwerking, die onderdeel is van het Europese IDACS-project (ID and Data Collection for Sustainable Fuels in Europe), dragen de drie landen als ‘ labo’ bij tot de evolutie naar milieuvriendelijk en zero-emissie transport  binnen  de context van de Europese ‘Green Deal’ die streeft naar 3 miljoen laadpalen  in de EU tegen 2030.

De Benelux-landen blijven een voortrekkersrol spelen op het gebied van duurzame mobiliteit, aangezien 19% van alle elektrische en hybride auto's in de EU en 34% van alle openbare oplaadpunten in de EU er te vinden zijn.

Alain Maron, Brussels minister voor Klimaattransitie, Milieu, Energie, Netheid en Participatieve Democratie: “"Het bevorderen van emissiearme mobiliteit is essentieel om onze klimaatdoelstellingen te bereiken en de gezondheid van onze burgers te beschermen. Daarom hebben Brussel en de Benelux zeer ambitieuze doelstellingen vastgesteld en willen zij op dit gebied een echte voortrekkersrol spelen. De totstandbrenging van een voldoende dicht en gemakkelijk toegankelijk netwerk van oplaadstations is van groot belang om deze overgang te versnellen. In dit opzicht steunen wij, dankzij het IDRO-project, op de nauwe banden tussen onze drie landen om het werk van de exploitanten van laadstations aanzienlijk te vergemakkelijken en het gebruik van een elektrisch voertuig veel gemakkelijker te maken. De koolstofarme overgang is een enorme uitdaging, die de betrokkenheid van veel verschillende actoren vereist, en daarom hopen wij dat deze samenwerking zich over heel Europa zal verspreiden.” 

Lydia Peeters, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken : “Vlaanderen zet al heel wat jaren in op extra laadinfrastructuur en een goede laadervaring voor de EV-rijders, ook door grensoverschrijdende samenwerking. Met de oprichting van de BENELUX IDRO geven we een duidelijk signaal aan de sector en aan alle EV-rijders dat wij voluit gaan voor een vlotte rijervaring, in Vlaanderen en daarbuiten. Interoperabiliteit en toegang tot de nodige informatie zijn belangrijke factoren in het comfort van de EV-rijder. Wij zijn trots op de rol die Vlaanderen heeft gespeeld als coördinator van de Belgische deelname in het IDACS-project, op die manier hebben we bijgedragen aan een nieuw stukje van de puzzel die we leggen voor zero-emissie transport.” 

Philippe Henry, viceminister-president van de Waalse regering en minister van Klimaat, Energie en Mobiliteit: "De ontwikkeling van elektromobiliteit vereist een goede interoperabiliteit tussen de spelers. Met IDRO zullen de exploitanten over een identificatiebasis beschikken die een beter algemeen beheer van de sector mogelijk zal maken, van de automobilist die wacht op duidelijke informatie over laadmogelijkheden, tot de beheerders van distributienetwerken die over nieuwe gegevens zullen kunnen beschikken waardoor zij een goede stabiliteit van de dienstverlening kunnen garanderen.” 

Stientje van Veldhoven, Nederlands staatssecretaris voor Infrastructuur en Waterstaat: “Dit is een mooie volgende stap op weg naar elektrisch rijden als makkelijk en aantrekkelijke optie. Ook als je naar het buitenland gaat. Iedereen kan straks gewoon met zijn eigen app of laadpas opladen en betalen, zoals we in Nederland al gewend zijn. Goed dat de Benelux dit samen met andere EU-landen ondersteunt.” 

François Bausch, Luxemburgs vice-eerste minister en minister van Mobiliteit en Openbare Werken: "De gebruiker is niet geïnteresseerd in de unieke identificatiecodes van de oplaadpunten of de oplaadkaarten, maar vraagt alleen dat na identificatie bij elk publiek toegankelijk oplaadpunt het opladen van zijn voertuig begint. Het is daarom van essentieel belang dat de landen unieke codes toekennen en dat alle oplaadkaarten in heel Europa worden geaccepteerd. De inhuldiging van de gemeenschappelijke IDRO-dienst en de goede samenwerking van de Benelux-landen op dit gebied zijn belangrijke maatregelen om grensoverschrijdende elektrische mobiliteit te vergemakkelijken."