Samenwerking in de Noordzee
12 sep. 2022
De ministers van Energie van de leden van de Noordzee-energiesamenwerking (NSEC) en de Europese Commissie hebben op 12 september een aanzienlijke verhoging aangekondigd van hun gezamenlijke ambitie om offshore hernieuwbare energie te ontwikkelen. Tijdens hun ministeriële vergadering in Dublin, onder het Ierse medevoorzitterschap van de NSEC, hebben de NSEC-ministers - voor het eerst - overeenstemming bereikt over geaggregeerde, niet-bindende streefcijfers voor offshore hernieuwbare energie voor het maritieme gebied van de hele NSEC-regio.
De negen NSEC-landen zijn overeengekomen om tegen 2050 ten minste 260GW aan offshore-windenergie te realiseren. Dit vertegenwoordigt meer dan 85% van de ambitie* van de EU als geheel om tegen 2050 300GW te bereiken. De ministers en de Commissie herhaalden hun toezegging dat samenwerking binnen de NSEC het kader zal vormen voor de verwezenlijking van hun verhoogde offshore-ambities.
Tijdens de ministeriële vergadering zei de Ierse minister van Milieu, Klimaat en Communicatie Eamon Ryan het volgende
"Alleen al in Ierland is ons zeegebied zeven keer groter dan ons grondgebied. De Noord-Atlantische Oceaan en de Noordzee behoren tot de meest windrijke gebieden ter wereld. Het is onze grootste collectieve bron van continue energie en het is van groot belang dat we vandaag hebben afgesproken om, als collectief, ambitieuze doelstellingen te hanteren. De illegale inval van Rusland in Oekraïne en de daaruit voortvloeiende schok op het gebied van energieprijzen en crisis op het gebied van de voorzieningszekerheid heeft ons laten zien hoe cruciaal het is dat wij zo snel mogelijk afstappen van onze afhankelijkheid van dure en losgeslagen fossiele brandstoffen. Het heeft ons ook laten zien hoe belangrijk eenheid in de hele Europese Unie is geweest om op deze crisis te reageren. Ook bij de verwezenlijking van het potentieel van offshore-windenergie is het het beste dat we eendrachtig werken, dat we overeengekomen doelstellingen vaststellen en dat we als een collectief optreden. Op die manier kunnen we huiseigenaars en bedrijven - in onze eigen landen en in heel Europa - de verzekering geven dat ten eerste Europa energieonafhankelijk zal worden, en ten tweede deze nieuwe hernieuwbare energiebronnen en de daaruit voortvloeiende waterstof uit onze zeeën eerlijk zullen worden verdeeld en, wat cruciaal is, betaalbaar zullen zijn".
Europees Commissaris voor Energie Kadri Simson juichte de nieuwe doelstellingen toe:
"De verbintenis van vandaag is een goed voorbeeld van het soort regionale samenwerking dat de Commissie voor ogen had in onze strategie voor offshore hernieuwbare energie. Het is indrukwekkend dat het streefcijfer dat door negen NSEC-landen is overeengekomen, meer dan 85% vertegenwoordigt van de ambitie die we twee jaar geleden voor de hele EU hebben geschetst. De overgang naar groene energie is alleen maar dringender geworden sinds de Russische inval in Oekraïne. De versnelde invoering van hernieuwbare energie is een van de drie pijlers van het REPowerEU-plan om een einde te maken aan onze afhankelijkheid van Russische fossiele brandstoffen. Meer hernieuwbare energie zal niet alleen de duurzaamheid van onze energiesector ten goede komen, maar ook onze voorzieningszekerheid en de betaalbaarheid van energie - twee uitdagingen waarmee we momenteel in de EU worden geconfronteerd - verbeteren."
Adjunct-secretaris-generaal van de Benelux, Frans Weekers, over de continuïteit die Benelux biedt aan de Noordzeesamenwerking:
"Het Secretariaat-Generaal van de Benelux is dat neutrale platform voor de samenwerking, in contact met de landen om te zien dat niemand achter blijft, maar ironisch genoeg kan niemand achterblijven als niemand nog vooruit gaat, als niemand eerst dat pad effent. Dat proberen Benelux landen te doen.”
* De ambitie van de EU om tegen 2050 300 GW aan offshore-windenergie te realiseren, is vastgelegd in de EU-strategie voor offshore-hernieuwbare energie.